In Glasgow werd afgesproken het anders zo trage VN-proces, met vijfjaarlijkse doelen, te versnellen. Landen werden verzocht voor eind 2022 nieuwe doelen in te leveren. Dat proces heeft op deze top niks opgeleverd. 2022 werd 2023, de afspraken zijn nauwelijks concreter geworden. Europa vocht daarom vooral om nieuwe klimaatambitie in de tekst te krijgen, zoals het pieken van de uitstoot voor 2025. Al snel werd duidelijk dat veel landen niet verder wilden gaan dan de klimaatambitie van Glasgow vorig jaar, of de tekst zelfs wilden afzwakken. Europa moest daarom tot het eind vechten om de ambitie van vorig jaar overeind te houden. Dit is simpelweg onvoldoende als we we de klimaatdoelen willen halen. En dus ligt er een immense opdracht voor de klimaattop volgend jaar.
Ook de discussie over het uitfaseren van fossiele brandstoffen - de veroorzakers van klimaatverandering - werd beslecht in het voordeel van olie- en gas(t)landen. Om onder de 1,5 graad te blijven is het noodzakelijk om geen nieuwe fossiele infrastructuur meer aan te leggen. Op de top werd duidelijk dat India de uitfasering van alle fossiele brandstoffen kon steunen, waardoor er momentum ontstond om dit op te nemen in de eindtekst. Toch wisten landen als Egypte, Rusland en Saudi Arabië dit uit de tekst te houden. Hun eigenbelang bleek groter dan de toekomst van ons allemaal. Het valt niet uit te leggen dat de conclusies van een klimaattop totaal voorbij gaan aan de oorzaak van de klimaatcrisis. Met Dubai als gastland volgend jaar, vrees ik dat deze cognitieve dissonantie nog wel even in stand blijft.
Dat de top zo weinig oplevert op klimaatambitie, komt vooral omdat het vergoeden van klimaatschade de agenda domineerde. Ook landen die normaal strijden voor meer ambitie, lieten nauwelijks van zich horen omdat ze de overeenstemming tussen ontwikkelingslanden niet wilde verstoren: zij zouden alleen akkoord gaan als het zou komen tot het vergoeden van klimaatschade. De EU toonde leiderschap en doorbrak de patstelling, die hier tot eergister bestond, door zich voor een fonds uit te spreken. Helaas kwam er nauwelijks iets concreets uit, omdat er een hevige discussie ontstond over hoe het fonds gevuld moet worden en wie er in aanmerking komt voor geld. Dit wordt het komend jaar uitgewerkt. Reken maar dat we hier nog niet het laatste woord over gehoord hebben.
Met deze uitkomst van de top kunnen we alleen maar hopen dat het grote gat dat er bestond tussen rijk en arm voor, maar ook tijdens deze top, met het nieuwe fonds wordt omgezet in meer vertrouwen in aanloop naar volgend jaar. Ook in de afgelopen jaren bleek dat er alleen grote stappen gemaakt kunnen worden als er een brug geslagen wordt. Nu klimaatverandering voor steeds meer mensen dagelijkse realiteit is, zal solidariteit een steeds grotere rol spelen – naast het omzetten van ambitie in actie. Laat dit een harde les zijn voor volgend jaar: klimaatambitie en solidariteit zijn nu twee kanten van dezelfde medaille.